Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [49]Die leef, en Ik ben dood geweest; en zie, Ik ben levend in alle eeuwigheid. Amen. En Ik heb [50]de sleutels der hel en des doods. 49. Anders: en ik was de levende en was dood. Want Christus, dood zijnde naar het vlees, bleef evenwel levend naar den geest, dat is naar Zijn goddelijke natuur, gelijk Hij ook nu naar beide in der eeuwigheid leeft. 50. Dat is, de macht om u van dood en hel te verlossen, en de vijanden daarin te werpen. Zie Matth.10:28.